2424. Prentbriefkaart519 aan H. Mayer: Parijs, 16 maart 1935

Parijs, Zaterdag.

Beste Henri, Dank voor het papier over Anquetil.520 Ik vrees dat hij niets met me te maken heeft, al zou mijn liefde voor Perzië wel daarop wijzen! De grap van Menno521 is inderdaad kostelijk, en in

[p. 248]

ieder geval geeft het plezier als zooiets zóó contant ‘pakt’. De bd. Murat ligt in het 16e arrondissement (het is maar een paar straten van hier). Wij verhuizen overmorgen, Maandag. Hart. groeten, door de drukte heen, van je

E.

519Foto van L'Arc de Triomphe te Parijs.
520De Franse oriëntalist A.H. Anquétil-Duperron (1731-1805), grondlegger van de studie der religieuze, Oudperzische teksten, vertaalde de Zend-Avesta (Zend-Avesta, Ouvrage de Zoroaste (1771)) en, in het Latijn, 50 Upanisjaden (Oupnek'hat (1801-1802)).
521Als reactie op een ‘Inviet’ van de redaktie aan de lezers in CB 6 (1935) 2 (februari), p. 62 om een oordeel in te sturen over o.a. De smalle mens en Politicus zonder partij had Ter Braak onder het pseudoniem Thea Poortman, litt. cand., een stukje in ethische stijl ingezonden over Politicus zonder partij, dat prompt geplaatst werd in CB 6 (1935) 3 (maart), p. 91-92. Ter Braak onthulde de mystifikatie in ‘Thea ter Braak-Poortman’, Forum 4 (1935) 4 (april), p. 406-408.
vorige | volgende in deze correspondentie
vorige | volgende in alle correspondentie