E. du Perron
aan
J. Greshoff

Brussel, 30 juli 1933

Brussel, 30 Juli.

Beste Jan,

Hoe vervelend voor Atie! Maar enfin, in dit geval weet ik toevallig dat het niet heelemaal erg is. Komt zij gauw terug? Het is natuurlijk toch erg akelig.

Ik heb Simone nog een beetje geld kunnen zenden, en misschien spoedig weer wat. Maar zij is toch erg in nood. Gille huilt iedere keer als zij hem bezoekt en vraagt waarom hij niet weg mag en zoo. Hij zal wel wennen, maar ik vind het toch beroerd. Het is mij net of ik nu al voorgoed het jongetje aan zijn lot overlaat.

Hierbij het schrijven van Bouws, en copie van mijn antwoord. Menno is het geheel met mij eens dat, àls Forum doorgezet wordt, het zonder Bouws moet zijn. Hennie was woedend over 's mans impertinentie; Menno daarentegen zei: ‘wat schrijft hij, in zekeren zin, uitstekend’, waar ik het meer mee eens ben. Maar hij schreef er ook bij dat Bouws zoowel hem als mij als ‘auteur’ haat, - en daar ben ik het nog meer mee eens. De man kent één hartstocht: alles, vrienden, auteurs, en de heele wereld moeten hèm zoo belichten dat hij geen nul is. Ik ben blij dat ik van dit contact af ben.

Blessebois wordt vrij lang, zeker 3 of 4 feuilletons.

Later meer. Hennie en ik werken flink. Hartelijke groeten, ook aan Rien.

Je E.

Stuur mij die correspondentie terug. Ik kreeg van Mayer eenige proefnummers van Favoriet, Astra, Nederland. Een rotzooi. Hoe is Morks' Magazijn? - Ik wacht met spanning op Mayréna.

Je schreef in Gr. Nederland een uitstekende kritiek over Herreman.2822 - Is die Sandberg2823 zoo goed? Kan je mij zijn bundel sturen?

2822In GN 31 (1933) 8 (augustus), p. 181-183 besprak Greshoff de dichtbundel De roos van Jericho van Raymond Herreman.
2823H.W. Sandberg, Schaduw. Amsterdam 1931.
vorige | volgende in deze correspondentie
vorige | volgende in alle correspondentie