E. du Perron
aan
De Wereldbibliotheek (P. Endt)

Parijs, 31 mei 1934

Parijs, 31 Mei 1934.

Zeer geachte Heer Endt,

Malraux heeft de beloofde inleiding niet kunnen maken. Ik zag hem gisteren - den laatsten dag dien ik hem ervoor gegeven had - maar moest hooren dat hij er absoluut geen tijd voor heeft kunnen vinden. Hij is op het punt naar Moskou te gaan, voor een film-scenario èn een tooneelbewerking van zijn boek, en denkt daarna naar Mongolië door te gaan; al deze plannen vergen allerlei voorbereiding, en hier in Parijs zit hij in een Thaelmann-comité3234 dat hem den laatsten tijd geen rust gunt. ‘Als we iets meer tijd hadden...’, maar dat hebben we niet. Ik heb dus vragen gesteld en zijn antwoorden opgeteekend; het resultaat3235 zend ik u hierbij. Wilt u het erin zetten, dan maar zoo eenvoudig mogelijk; misschien in iets kleinere letter? Het spijt mij zelf dat ik die inleiding niet gekregen heb.

Mijn schoonvader heeft fl.285. ontvangen, waarvoor dank. Ik krijg nu dus nog fl.95., als het zoover is. Wilt u die ook naar hetzelfde adres sturen?

Met vriendelijke groeten, hoogachtend,

EduPerron

3234Het comité ijverde voor de vrijlating van deze in 1933 door de nazi's gearresteerde communistische partijleider.
3235‘Tot beter begrip’, het voorwoord in Het menschelijk tekort.
vorige | volgende in deze correspondentie
vorige | volgende in alle correspondentie