E. du Perron
aan
H. Marsman

Parijs, 14 november 1935

Parijs, Donderdagav.

B.H. - Ik vertrek nu inderdaad morgen vroeg. Gelijk hiermee zend ik (d.w.z. laat ik je zenden) een ex. van Les Liaisons Dangereuses, dat ik dubbel heb. Stuur me later eens Chateaubriand, Byron of Kleist terug; wat je niet meer noodig hebt. Haast is er heelemaal niet bij; alleen Byron zou ik over een tijdje wel weer eens willen inzien; ik gaf je het boek toen, terwijl ik er zelf nog niet de helft van gelezen had, om je voor je brieven te ‘inspireeren’, maar nu die roman af is... Op het oogenblik heb ik toch genoeg te lezen, en zelfs meer dan me lief is. Ik heb een rare methode van werken gevonden, die soms bepaald ontzenuwend op mij werkt. Maar het is ook boeiend, en als ik niet in Parijs zat - waar ik telkens door nieuwe dingen word geboeid en afgeleid - zou ik er mijzelf al heel wat mee geleerd hebben.

- Schrijf je ook een artikel voor de antifasc. studenten? Wat doe je precies op het oogenblik? Schrijf me eens een lange brief over jullie beiden naar Bretagne, en spoedig.

Veel hartelijks van ons 2;

je E.

Ik lees op het oogenblik niets dan Benda en Huizinga!3929

3929Van Huizinga In de schaduwen van morgen (1935) en van Benda o.a. La trahison des clercs (1927). Vgl. ook Bw TB-DP 3, p. 321 e.v.
vorige | volgende in deze correspondentie
vorige | volgende in alle correspondentie