E. du Perron
aan
G.M.G. Douwes Dekker

Tjitjoeroeg, 28 augustus 1937

Tjitjoeroeg, 28 Aug. '37.

Waarde Heer D.D.,

Hoe onaangenaam dat u weer ziek bent! U zou rust moeten nemen; er eens een maand of zoo compleet uitbreken. Waarom doet u dat niet? Ik verlang naar postkaarten van u uit fraaie streken ver van Bandoeng!

Ik wacht nu op de proeven, voor zoover door u bekrabbeld, en zal zien er zooveel mogelijk rekening mee te houden, voor zoover niet bij voorbaat gedaan. In ieder geval is het mij een geruststelling dat de ‘algemeene indruk’ goed was. Ik ben nu al bang dat Q. me ferm ‘beboeten’ zal; hij heeft mij zoo beknibbeld en gepest in deze geschiedenis, dat dat nog wel niet over zal zijn. Toch is hij in zijn laatste brief nu weer opeens smeltend vriendelijk. Het mannetje is ijdel als een vrouw, en als het in mijn aard lag hem op gepaste tijden wat stroop toe te dienen zou ik misschien nooit moeite met hem hebben. Maar ziedaar, ik kàn niet.

Over 't algemeen ben ik nu wel tevreden met mijn boek, al ben ik, als u, tureluursch van al dat gejacht. Hij schreef mij dat hij eind October moet uitkomen (misschien wel vanwege Sinterklaastijd in Indië, wie weet?) en de afstand is hier de grootste schuldige. Verder is er nog flink wat revisie noodig (dat moet een vriend van mij doen). Enfin, ik troost me met het idee dat dergelijke boeken nooit volmaakt zijn dan tegen den 3en druk, net als encyclopaedieën en zoo; - maar een 2e druk zelfs zal ik wel niet beleven.4860 Op zijn allerbest loopt het boek zoo goed dat Q. mij een ‘vervolg’ vraagt; dat ik dan - ofschoon het me minstens 6 maanden van eigen werk zou afhouden - voor Multatuli met liefde schrijven zou.4861 Daar ik dan den schrijver zou moeten behandelen, zou ik al zijn werken (14 dln.) ook moeten overlezen. En als ik op het Landsarchief kom, heb ik ook alleen nog maar de avonden. Maar... zoover zal 't niet komen. Dat zou te mooi zijn voor de noordelijke Lage Landen!

Met Greshoff (v. Gr. Ned.) ben ik weer verzoend, zeer tot beider genoegen. Ik krijg het boek van Saks opgezonden zoodra het verschijnt en mag het ‘overdwars en overlangs’ afmaken, schrijft hij. Ik heb bovendien nog andere dingen op m'n hart, inzake Multatuli. Als ik de gelegenheid vind zou ik nu willen behandelen:

a. Multatuli en Huet (hun complete verhouding);

b. Multatuli en Van Lennep (idem);
(deze beide stukken om definitief aan te toonen dat M. dan een ‘querulant’ mag zijn en ‘overgevoelig’, maar dat hij, zoo objectief gezien als men maar wil, toch werkelijk géén chance heeft gehad met de personages die hij ontmoette);

c. Multatuli's politieke overtuiging;4862
(dit kan zéér interessant worden, juist omdat hij daarin zeker èn onzeker was beide. Ik vind 't nl. vanzelfsprekend om toe te geven dat hij nooit socialist was, dus nog minder communistisch opstandig, - maar er mag toch ook even aangetoond worden dat hij niets had van een Ennesbéjer. Dit is een gevaar dat hij loopt: geannexeerd te worden als N.S.B.-voorman, zooals Nietzsche geannexeerd is door Hitler-Deutschland, waarop hij zou hebben gevomeerd - zooals Multatuli vies zou zijn geworden van Mussert.)

Vroeger of later.... Naar aanl. v/h boek v. Saks kan ik misschien al punt a. en b. behandelen. - U kreeg toch het knipsel v/h Vaderland dat ik u zond, met dat protest van dien advocaat van mevrouw Edu geb. Post v. Leggeloo, en het voortreffelijke antwoord van Ter Braak daaronder?4863 Ik liet uw broer sturen - door Dahler, die het ex. even wou inzien - het laatste nr. van G. Ned., waarin de brieven van Multatuli door Ter Braak aangekondigd, en mijn artikel naar aanl. van Dr. Julius Pée. (U komt daar ook in voor, maar uw broer nog meer, en ik heb maar één ex., dat ik dus aan uw broer liet zenden. Hij moet het u in ieder geval sturen, en dan moet u onder elkaar maar afmaken wie het houdt en wie een ander bestelt of zoo. Misschien kan ik ook nòg een ex. vragen.)

Aan Q. schrijf ik,4864 gelijk hiermee, dat hij èn aan uw broer èn aan u 1 ex. van het boek zendt. U hebt het dan wschl. ook tegen Sinterklaas. Moge u het dan rustig lezen, proper afgedrukt en zonder drukfouten, en moge het u dan niet tegenvallen. - Met beste wenschen voor uw gezondheid nu, steeds gaarne uw

EduP.

4860De tweede druk van De man van Lebak verscheen als E. du Perron, Verzameld werk [III], [etc]. Amsterdam etc.: Contact [1949].
4861Vgl. E. du Perron, Multatuli, Tweede pleidooi, p. 154, noot 1: ‘Het ligt in mijn bedoeling eens een leven van Multatuli te geven in 2 delen; een minimum voor deze figuur, dunkt mij. Het eerste deel zou bevatten: De man van Lebak, het tweede: Multatuli de schrijver. [etc.]’ (Vw 4, p. 691). Zie voor de aantekeningen voor Multatuli de schrijver Vw 4, p. 681-688.
4862Niet gebeurd.
4863Een ingezonden stuk van mr. S. Tromp Meesters in Het vaderland van 7 augustus 1937 (av,) waarin hij protesteerde tegen het ongunstige beeld dat van Multatuli's zoon Eduard werd opgeroepen in de briefwisseling tussen Multatuli en J. van der Hoeven, door Ter Braak in zijn naschrift ‘een echt advocatenbetoog’ genoemd.
4864Niet bewaard.
vorige | volgende in deze correspondentie
vorige | volgende in alle correspondentie