E. du Perron
aan
J. van Nijlen

Bergen, 10 oktober 1939

Bergen-binnen, 10 Oct. '39
Nesdijk 19.

Beste Jan,

Nu, daar zit ik dan ook in Bergen. Het is hier mooi en flink koud. Bep begint op te knappen. Jany is zoowat onze buurman en komt ons braaf de post brengen. Van Jan uit Z. Afrika komen ‘zwart-pessimistische’ brieven binnen, volgens Menno, die er net weer een ontvangen moet hebben. - Overigens: wat doen wij anders dan leven inafwachting van wat opeens loskomen kan, over ons armen altesaam? -

Ingesloten een interview - met een naschrift dat mij noodig leek - en dat je misschien interesseert, al was 't maar om die stukjes als efemeeren in De Muze van Jan Compagnie of zoo te leggen. Over een jaar (als we dan nog bestaan) komt Jan misschien een heel wat mooier praatje afgeven over Kaapstad en de ‘cultuur’ aldaar. Ik sluit ook een stuk van Menno6236 in over die Afrikaanders. Ze lijken me ongeveer even ver gekomen als de Indonesiërs die aan nederl. letteren doen; die hebben ook zoowat tachtig ontdekt.

Dat boekje van Carco over Verlaine6237 is groote snert. Zijn houding tegenover Verlaine is volkomen sympathiek, maar het geheel is goedkoop, slordig, vaak verward journalistiek gedaas, met citaten ‘en dépit du bon sens’ en feitelijk niets nieuws. (Dit laatste zou niet zoo erg zijn, als 't boek een prachtige samenvatting was van al wat men tot dusver over V. geschreven heeft, maar als zoodanig is 't óók een lor.)

Ik las met veel plezier het ietwat dronkemansachtige stuk van Speenhoff6238 in Gr. Ned. Menno was ook best.6239 Van Eckeren6240 - neen, ik kàn dat christelijk-fijn-nuanceeren niet verdragen; ik vind het een ouwehoer van wien men alleen apprecieeren kan dat hij zoo zijn bèst doet om de nieuwe dingen te verstaan. Maar 't zal zeker wel een brave man zijn.

Tot later. Ik Hoop je toch binnen niet al te langen tijd terug te zien, - als alles op z'n plaats blijft.

Heel veel hartelijks, ook van Bep, en voor Griet en de kinders, een hand van je

E.

6236In ‘Problemen van Afrika’ (Het vaderland van 8 oktober 1939 (ocht.)) besprak Ter Braak de essaybundel Berigte te velde (1939) van N.P. van Wijk Louw.
6237Francis Carco, Verlaine, Parijs 1939.
6238J.H. Speenhoff, ‘Herinneringen (Kees van Dongen)’. In: GN 37 (1939) 10 (oktober) p. 333-344.
6239De ‘Kroniek van Menno ter Braak IX’ in GN 37 (1939) 10 (oktober) p. 399-405 bevatte ‘Uittreksels uit een geheim dagboek’, fragmenten uit Journaal 1939; Menno ter Braak, Verzameld werk 4, Nagelaten werk, p. 855-886.
6240Van Eckeren schreef o.a. over De nieuwe elite van Ter Braak in de rubriek ‘Nederlandsch proza’ (p. 406-412).
vorige | volgende in deze correspondentie
vorige | volgende in alle correspondentie