4124 (229a). Briefkaart aan G. Prampolini34: Lausanne, 11 januari 1929

Lausanne, 11 Jan. '29

Zeer geachte heer,

Zooals jan Greshoff u zal hebben geschreven, sta ik op het punt mij aan u te vertoonen. Ik denk deze stad - Lausanne - morgen te verlaten tegen 2 uur 's middags, en in Milaan aan te komen tegen half 9 's avonds. Zoudt u mij dus tegen dien tijd bij u willen verwachten, want ik reken op uw hulp in het kiezen van een hotel (in

[p. 27]
uw buurt).35 Tot het genoegen u te zien, geloof mij, zeer geachte heer, gaarne de uwe

EduPerron

34Dr. Giacomo Prampolini (1898-1975), Italiaans literatuur-historicus, dichter, vertaler en polyglot. Hij leerde zichzelf in 1917 aan het Italiaanse front Nederlands, en later ook Fries. In 1922 publiceerde hij vertalingen van Henriette Roland Holst, Boutens en Leopold in het Italiaans. Dit bracht hem in contact met Greshoff, die hem meer Nederlandse literatuur bezorgde en hem aan Van Schendel voorstelde (zie voor een portret van Prampolini met hen beiden in 1924 Arthur van Schendel, Schrijversprentenboek 19, 's-Gravenhage 1976, p. 37, nr. 116). Prampolini publiceerde in 1927 te Rome de bloemlezing La letteratura olandese e fiamminga (1880-1924) waarvan de inleiding als ‘Nederlandsche literatuur in Italië II’ verscheen in DGW 26 (1927) 6 (20 juni), p. 128-129, en een Nederlandse grammatica voor Italianen (Grammatica teorico-pratica della lingua olandese, Milaan 1928). In 1928 verscheen Van Schendels Tamalone in een vertaling van zijn hand. Prampolini werkte aan een vervolg op zijn eerste bloemlezing. In 1964 kreeg hij de Martinus Nijhoff prijs voor zijn vertalingen.
35Prampolini woonde in de Via E. Besana 8, Milaan (114).
vorige | volgende in deze correspondentie
vorige | volgende in alle correspondentie